Heb je bomen in je tuin? Laat gevallen bladeren van deze bomen liggen waar het kan. Of hark ze samen en verzamel bladhopen op een aantal plaatsen in je tuin. Dieren vinden er een ideale schuilplaats .
Snoeiafval en takken kan je op hopen stapelen. Ook maaisel of bladeren kunnen erbij. Zo creëer je een schuilplaats voor winterkoninkjes, egels, hagedissen, padden en wezels. Heb je niet veel ruimte voor zulke rommelplekjes? Bouw dan een takkenril! Dit is een plaatsbesparende en natuurlijk ogende opslagplaats voor snoeihout. Ze kan bovendien ook als afsluiting dienen.
Een takkenril is een eenvoudige constructie van 2 rijen houten palen waartussen je snoeiafval kan stapelen. Dikkere takken van je snoeiwerken kan je gebruiken als palen. In de loop der jaren kan je rottende palen vervangen door nieuwe. Let wel even op als je wilgentakken zou gebruiken: deze kunnen immers uitgroeien tot echte bomen. De meest duurzame optie is om onbehandelde kastanje- of robiniapalen te gebruiken, die gaan van nature tot wel 25 jaar mee. Kies palen van minimaal 8 cm doorsnede. Graaf deze 60 à 70 centimeter diep in de grond zodat de constructie het gewicht van de takken kan dragen. De hoogte van de paal boven de grond bepaal je zelf. Begin met een eerste rij palen te plaatsen op zo’n 75 cm van elkaar. De tweede rij palen plaats je parallel met de eerste rij op 50 cm tot 1 meter afstand. De lengte van je takkenril kies je zelf. Eens je de palen stevig in de grond zitten, kan je de takkenril vullen. Leg dikke takken onderaan en vul verder aan met dunnere takken. Als extra opvulling kan je ook bladafval op de takkenril gooien. De vulling zal stelselmatig afbreken waardoor de takkenril zal zakken en je jaarlijks kan bijvullen.